Klein Chemisch Afval (KCA) - Medewerker
Klein Chemisch Afval in ontvangst kunnen nemen en sorteren, bewust van de gevaren en risico’s
AAB Training en Opleiding wordt Kader Academy B.V.
Klein Chemisch Afval in ontvangst kunnen nemen en sorteren, bewust van de gevaren en risico’s
Er is maar één ding dat belangrijk is: zorgen dat je 's avonds weer veilig thuis komt.
De training KCA depothouder staat in het teken van veiligheid. De risico's op een depot worden vaak onderschat! Je krijgt te maken met gevaarlijke stoffen, drugs afval, asbest, naalden en noem maar op. Ben jij je bewust van wat je inneemt op het depot?
De cursus KCA Medewerker volg je als je werkzaam bent op de milieustraat of op het KCA depot, onder verantwoording van een depothouder KCA. Je komt dagelijks in aanraking met klein chemisch afval en de gevaarlijke stoffen die hierbij komen kijken.
Het doel van de cursus KCA medewerkers is je bewust te maken van de gevaren zodat je op verantwoorde wijze Klein Chemisch Afval in ontvangst kunt nemen en sorteren. Je bent bewust van de gevaren en risico’s die bij het verwerken van gevaarlijke stoffen komen kijken.
Na het volgen van deze cursus ben je op de hoogte van de risico’s van gevaarlijke stoffen en houdt hier rekening mee bij het innemen of sorteren van het aangeboden Klein Chemisch Afval.
Vraag voor meer informatie een offerte bij ons op of neem contact op via info@aabgroep.nl of 0341-499744.
De cursus KCA medewerker gaat in op het innemen en sorteren van gevaarlijke afvalstoffen. In deze training komen de volgende onderwerpen aan de orde:
Ben je al in het bezit van een KCA medewerker certificaat, maar is deze (bijna) verlopen? Volg dan een herhaling.
Ben je depothouder/ beheerder? Volg dan de cursus KCA depothouder.
Cursusduur: 2 dagen.
Aantal deelnemers: minimaal 5 personen en maximaal 12 personen.
Incompany of open inschrijving: geef deze training incompany zodat je medewerkers direct op een eigen depot aan de slag kunnen.Onze docent heeft vooraf contact, om het programma af te stemmen op de situatie binnen jouw organisatie. Vraag een offerte op voor de mogelijkheden.
Je kunt je ook aanmelden voor een open inschrijving op een locatie bij jou in de buurt. Bekijk de startdata in het cursusmenu of schrijf je direct in.
Certificaat: na deelname aan de cursus KCA medewerker en het positief afsluiten van de praktijkopdrachten, ontvang je een persoonlijk certificaat met een adviesgeldigheidsduur van 3 jaar.
Als je bent opgeleid als KCA medewerker mag je nooit zelfstandig op het depot werken. Dit is alleen toegestaan onder de verantwoordelijkheid van een KCA depothouder. Deze depothouder moet hiervoor een cursus KCA depothouder hebben afgerond.
Wat houdt een adviesgeldigheidsduur in? Hierover kun je meer lezen in het artikel ‘Geldigheidsduur en adviesgeldigheid’
AAB begrijpt wat er bij jou in het werkveld gebeurd. Onze docenten komen daar namelijk vandaan. De issues waar je mee te maken krijgt, vragen die deelnemers hebben over de aanpak of over veiligheidsregels; onze docenten hebben het bij de hand gehad. Hierdoor leer je niet alleen vanuit de theorie, maar put je uit een diepe bron van kennis én ervaring.
AAB neemt de tijd voor jou. Bij een incompany neemt de adviseur van AAB vooraf contact met je op om de wensen en behoeften door te nemen. We stemmen af welke docent het beste bij de opdracht en de organisatie past. Vervolgens spreek je de docent om alvast kennis te maken en specifieke zaken door te nemen. Denk bijvoorbeeld aan leerdoelen opstellen en praktijksituaties doornemen.
Wat mag je van onze docenten verwachten:
9 april 2021 | In de week van 31 mei tot en met 4 juni is het de Week van de Veiligheid voor de Afvalbranche. Georganiseerd door de Stichting Arbocatalogus Afvalbranche (StAA).
Elk jaar organiseert de StAA een week waarin de veiligheid en de gezondheid van de medewerkers in de afvalbranche centraal staat. Bedrijven doen hieraan mee door op één of meerdere dagen extra aandacht te geven aan de afgesproken arboregels.
Het wordt nog weleens vergeten, maar de arboregels gelden niet alleen voor de eigen medewerkers, maar ook voor de leveranciers, inhuurkrachten, bezoekers en klanten. Krijg je 'vreemden' over de vloer? Dan ben jij daar als werkgever ook verantwoordelijk voor. De Week van de Veiligheid is een mooie gelegenheid om ook hen extra bewust te maken van de risico's die bij afvalbeheer aan de orde komen.
Je mag zelf bepalen wat voor activiteiten je organiseert zodat het passend is voor jullie organisatie. Het kan van alles zijn als het maar bij de bedrijfscultuur, de eigen risico's, wensen en behoeften past en bij het thema over veilig en gezond werken.
Om erachter te komen wat bij jullie past kun je jezelf een aantal vragen stellen.
Op deze manier kom je er al snel achter waar bij jullie in de organisatie nog wat verbetering te behalen valt. Een mooie manier om tijdens de Week van de Veiligheid extra aandacht te vragen is het organiseren van een workshop, training of een veiligheidsdag voor medewerkers en betrokkenen.
In het kader van de Week van de Veiligheid is het een mooie gelegenheid om veiligheidsbewustzijn van medewerkers, uitzendkrachten en/of bezoekers extra onder de aandacht te brengen. Door deze week volledig in het teken van veiligheidsbewustzijn te zetten betrek je medewerkers meer bij de (voorzorgs)maatregelen die genomen worden om risico's te beperken en te voorkomen.
Een workshop, training of veiligheidsdag is bij uitstek de manier om medewerkers meer te betrekken. Ben je op zoek naar een passend traject voor jullie medewerkers? AAB Training en Opleiding helpt je daar graag bij. Op de Week van de Veiligheid pagina nemen we je mee in de mogelijkheden. Of neem gelijk contact op met één van onze adviseur. Samen organiseren we een leuke, unieke dag, waar je medewerkers ook nog iets van opsteken.
Benieuwd welke trainingen we zoal verzorgen voor afvalbeheer? We hebben het zo compleet mogelijk in kaart proberen te brengen onder de branche afvalbeheer.
Meer informatie over veiligheid en gezondheid in de afvalbranche en de specifieke arbocatalogus voor de afvalbranche vind je hier: Veiligheid en Gezondheid (verenigingafvalbedrijven.nl).
19 februari 2021 | In dit artikel neemt Peter van Gelder je mee van RI&E naar opleidingsplan. Een stukje theorie, maar vooral een praktisch stappenplan. Peter is docent en adviseur (Middelbaar Veiligheidskundige MVK) bij AAB Training en opleiding.
We zetten nog even goed op een rij wat een RI&E precies is en wat de wetgeving hierover zegt. Vervolgens gaan we kijken naar hoe een RI&E tot stand komt. Want wat is nou precies een gevaar? En wat is dan precies een risico? Daarover zijn veel misverstanden.
Je krijgt na het lezen van dit artikel inzicht in het proces van het opzetten van een Functie RI&E en waarom het belangrijk is om dit als input te gebruiken voor het opleidingsplan.
We gaan op zoek naar antwoorden op de vragen:
We beginnen bij het begin: de wetgeving.
In artikel 8 van de Arbowet staat dat de werkgever ervoor moet zorgen dat de werknemers doeltreffend worden ingelicht over de te verrichten werkzaamheden en de daaraan verbonden risico’s, alsmede de maatregelen die erop gericht zijn deze risico’s te voorkomen of te beperken.
De werkgever is dus verplicht om een goede opleiding of instructie te geven, met als doel ongelukken te voorkomen. Hoe de medewerkers geïnstrueerd moeten worden, dat is aan de werkgever zelf. Vaak zie je dan dat er iemand wordt aangesteld om deze taak op zich te nemen. Die persoon moet gaan inventariseren, organiseren en opleidingsplannen gaan maken.
Wat we heel vaak tegenkomen is dat één persoon binnen de organisatie verantwoordelijk wordt gesteld voor de opleidingen. Die heeft prachtige Excelsheets gemaakt, ik noem ze altijd de Excel Ridders. De Excel Ridders weten heel goed hoe ze een Excelsheet moeten opbouwen en hoe ze ermee kunnen werken. Maar wat gebeurt er als deze persoon (onverwachts) uitvalt? Of als het overgedragen moet worden aan een collega? Vaak blijken het dan toch documenten te zijn die voor anderen niet of nauwelijks toegankelijk zijn.
De vraag die je ook kunt stellen: hoe houd ik alles bij? Een Excelsheet ziet er prachtig uit, maar om het bij te houden kost heel veel tijd en energie. Ook is niet altijd duidelijk welke opleiding precies is gevolgd, wanneer een herhaling gevolgd moet worden, etc. Waar haal je de tijd vandaan om alles goed te organiseren? Een uitkomst kan een opleidingsmanagementsysteem zijn.
Op basis van de uitgevoerde RI&E kun je een opleidingsmanagementsysteem inrichten.
Een opleidingsmanagementsysteem:
Vaak worden certificaten gekopieerd of afgegeven, maar in een opleidingsmanagementsysteem wordt dat ook bijgehouden. Nascholing voor code 95, maar ook trainingen die om de zoveel tijd herhaald moeten worden. Denk aan een cursus Gevaarlijke stoffen of Klein Chemisch Afval.
Het woord om het opleidingsmanagementsysteem mee samen te vatten: Efficiency!
Om het nut van een RI&E in combinatie met een opleidingsplan te zien, is het belangrijk te weten wat een Risico Inventarisatie en Evaluatie nou precies is. Het klink altijd heel ingewikkeld, maar als je het gaat ontleden valt het misschien al wel voor je op z’n plek.
In een RI&E worden gevaren en risico’s beschreven waaraan werknemers, maar ook derden worden blootgesteld. Dus ook iedere externe die bij je over de werkvloer komt. Daar ben je als werkgever ook verantwoordelijk voor. Dat kan al een monteur zijn die de koffiemachine komt maken of mensen die onderhoudswerkzaamheden uitvoeren bij jou op het terrein. Iedereen die bij jou over de vloer komt, valt onder jouw verantwoordelijkheid.
De letter E zegt iets over de beoordeling en prioritering van de vastgestelde risico’s. Het moet een objectieve beoordeling zijn. Alleen: objectiviteit is natuurlijk een vaag begrip. Wat ik een groot risico kan vinden, kan iemand anders als een lager risico beoordelen. Daar moeten dus ook normen voor zijn. Daar gaan we verderop nog naar kijken.
Tot slot bestaat de RI&E uit een Plan van Aanpak.
Met een Plan van Aanpak ga je proberen om de risico’s die we hebben geconstateerd ook aan te pakken. Waarbij de bronaanpak de mooiste aanpak is.
Een RI&E is in principe nooit af. Er komen altijd nieuwe processen, er komen nieuwe medewerkers in dienst, er worden nieuwe machines aangeschaft. Kortom; bij belangrijke wijzigingen moet de RI&E worden aangepast.
We gaan wat dieper in op de onderdelen van de RI&E. We beginnen met gevaren en risico’s. Wat is het onderscheid hierin? Ook nadat ik al jarenlang VCA trainingen geef en er veel over lees in literatuur, valt het mij nog steeds op dat de begrippen gevaar en risico door elkaar worden gehaald. Om er duidelijkheid in te scheppen:
Wat is nou precies gevaar? Gevaar is een intrinsieke eigenschap van een situaties, van machines, van stoffen, etc. Het houdt in dat het de potentie heeft om schade of letsel toe te brengen.
Een gevaar is iets wat je niet kan veranderen. Als je kijkt naar elektriciteit: dat is nou eenmaal gevaarlijk. Daar kun je niks aan doen. Je kunt er wel mee omgaan, er verstandig mee omgaan. Maar het gevaar zal altijd aanwezig zijn.
Een risico is de kans dat er iets gebeurt en het effect ervan. Als je bijvoorbeeld kijkt naar het werken op hoogte, dan kun jij je afvragen hoe groot de kans is dat het mis gaat. Het gevaar is dus het werken op hoogte en het risico dat daarbij hoort, is de kans dat het misgaat, ofwel het vallen.
Het effect als het misgaat kan een bijna ongeval zijn, een ongeval met letsel of zelfs in het aller ergste geval een dodelijk ongeval.
En dan kom je weer terug bij de E van Evaluatie en de objectiviteit van de beoordeling. Want de één zegt bij het werken op hoogte: dat risico is niet zo heel groot. Terwijl je wel kunt zeggen, dat als het misgaat je ook een dodelijk ongeval kunt treffen.
De beoordeling en prioritering van risico’s moet dus objectief gebeuren. Anders zie je dat niet iedereen dezelfde gevaren als even gevaarlijk interpreteert. Je kunt hiervoor verschillende methoden gebruiken. Ik gebruik bijvoorbeeld het risicomodel Kinney & Wiruth. Het helpt je met een objectieve kwantificering op basis van 3 criteria:
Elk risico dat je hebt geconstateerd weeg je af: waarschijnlijkheid x blootstelling x effect
Zo kun je constateren of het een groot risico is of dat het een acceptabel risico is.
In een plan van aanpak beschrijf je vervolgens hoe je de vastgestelde risico’s gaat aanpakken. Daarvoor is de Arbeidshygiënische strategie ontwikkeld.
De Arbeidshygiënische strategie bestaat uit 4 stappen, waarvan de eerste eigenlijk het belangrijkste is:
Als je risico’s binnen je bedrijf hebt die je onacceptabel vindt, dan kun je besluiten om een bronmaatregel te nemen. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat die activiteit niet meer wordt uitgevoerd. Denk aan wegafzettingen waarbij je wel eens incidenten hebt meegemaakt, misschien zelfs wel met dodelijke afloop. Dan kun jij je als werkgever afvragen of jij dat soort werkzaamheden überhaupt nog wel wilt doen, of dat je het misschien kunt uitbesteden. Door het uit te besteden pak je het bij de bron aan.
Een collectieve maatregel mag je pas nemen als stap 1 echt niet of slechts voor een deel kan. Bij collectieve maatregelen kun je denken aan maatregelen van technische aard. Als je bijvoorbeeld werkt met gevaarlijke stoffen, waarbij giftige dampen vrijkomen. Dan kan een maatregel zijn dat in de ruimte waarin deze risico’s voorkomen een goede ventilatie wordt aangebracht. Als dat niet mogelijk is, ga je naar stap 3.
Als een collectieve maatregel ook niet tot de nodige verbeteringen kan zorgen, dan kom je bij een individuele maatregel. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan het verkorten van werkzaamheden, taakroulaties, zodat medewerkers minder worden blootgesteld aan de gevaarlijke stoffen. Als je medewerkers hebt die met een kettingzaag bomen gaan vellen, wat behoorlijk risicovol werk is, kun je er bijvoorbeeld voor kiezen om meerdere medewerkers hiervoor op te leiden. De kans dat een medewerker gewond raakt wordt verkleind.
Pas als alle voorgaande maatregelen niet mogelijk zijn, kom je bij de laatste stap. Het toepassen van PBM’s.
Als je naar de 4 stappen kijkt dan kan het dus betekenen dat als medewerkers nu allemaal werkzaamheden langs de weg uitvoeren en hier een opleiding of instructie voor krijgen, dat de werkgever beslist dat de risico’s te groot zijn. Er wordt besloten een bronmaatregel te treffen, ofwel deze activiteit wordt uitbesteed. Hierdoor vervalt de opleidingsbehoefte op dit onderdeel.
En andersom geldt precies hetzelfde. Werkzaamheden die je nu nog niet doet, maar in de toekomst wel wilt gaan oppakken vanwege commercieel belang, moet je meenemen in het plan van aanpak. Ook dit moet vastgelegd worden zodat er een goed opleidingsplan ontstaat.
Er zijn verschillende soorten RI&E’s. Er wordt weleens gedacht dat dit één document is, maar dat is beslist niet zo. We onderscheiden hierin vier soorten:
Wij verdiepen ons in dit artikel op de RI&E op functieniveau.
Een RI&E is een wettelijke verplichting, te lezen in artikel 5 van de Arbowet.
Hierin staat dat de werkgever verplicht is de gevaren, risico’s welke gepaard gaan met het uitvoeren van arbeid, schriftelijk vast te leggen in een RI&E. Ook is de werkgever verplicht om risico beperkende maatregelen te beschrijven, ook voor bijzondere categorieën van werknemers. Als ik bijvoorbeeld medewerkers heb rondlopen van +/- 35 jaar en ik maak regelmatig gebruik van minderjarige stagiairs dan is dat iets wat ik ook in de RI&E moet beschrijven.
Het plan van aanpak maakt deel uit van de RI&E. Zoals ik eerder al aangaf: een RI&E is nooit af. De RI&E wordt zo vaak aangepast als nodig is. Een grijs gebied, want als het een kleine wijziging is hoeft dit niet altijd. Maar als het een substantiële wijziging is moet je dit wel altijd aanpassen.
De RI&E is een wettelijke verplichting sinds 1 januari 1994. Dit geldt voor alle werkgevers, met uitzondering van ZZP’ers.
Bij overheidsbedrijven (gemeentes, scholen etc.) heeft circa 80% een getoetste RI&E. Het gaat goed, zolang het goed gaat. Is er geen RI&E en vindt er een incident plaats, dan is de Inspectie SZW gemachtigd om boetes uit te delen.
Wil je meer weten over de controles van de Inspectie SZW en of je RI&E plichtig bent, dan verwijzen we je naar dit artikel: Meer controle op naleving en preventie | AAB Trainingen (aabgroep.nl)
Marius is de veiligheidsman die iedere 1e donderdag van de maand om 15.30 uur de veiligheidscommissie bij elkaar roept. Dan doen ze een uurtje aan veiligheid (toolbox) en hebben het dan weer gehad voor die maand. Voor de rest van de tijd is veiligheid en gezondheid weer exclusief een taak voor Marius. Alle zaken rond veilig en gezond werken worden dan op Marius afgeschoven. Het zogenoemde Mariuseffect.
In veel bedrijven waar ik kom merk ik dat Veiligheidskundigen, KAM-medewerkers, Arbo-coördinatoren, ed. nog wel eens te ver af staan van het primaire arbeidsproces. Voorkom het Mariuseffect.. Veiligheid moet bij iedereen tussen de oren zitten. Het is dus belangrijk hier navolging aan te geven. Zodat veiligheid bij elke medewerker op nummer 1 staat.
Het uitwerken van een Functie RI&E bestaat uit een aantal stappen.
Formeel kan een functieprofiel er bijvoorbeeld als volgt uit zien. Voor velen van jullie (gemeenten, SW en landscapers) niet een onbekend profiel:
Werkzaamheden die je uitvoert:
Buitendienstmedewerker gemeente
Laten we zeggen dat dit om de buitendienstmedewerker van een gemeente gaat. In de praktijk blijken zijn of haar taken er meer als volgt uit te zien:
Voor alle werkzaamheden die hierboven genoemd zijn kun je een inventarisatie opmaken. Welke gevaren zijn er en wat zijn de risico’s. De inventarisatie kun je opmaken met behulp van het volgende:
Het functieprofiel helpt al om veel risico’s naar boven te krijgen. Daarnaast kun je een werkplekbezoek afleggen waarbij je de specifieke werkplek van de medewerker langs gaat. Een observatieronde is op individueel niveau. Dus je gaat echt kijken of de medewerker zich aan de richtlijnen houdt, of PBM’s (goed) worden gebruikt, etc.
Het is ook goed om interviews met medewerkers en leidinggevenden te houden. Juist hieruit blijkt vaak dat er verschillen zijn tussen de werkzaamheden, beoordelingen en wat er is afgesproken. Een leidinggevende heeft vaak een ander beeld dan hoe het echt in de praktijk gaat.
Incidentregistraties geven inzicht in de gevaren en risico’s die in de praktijk kunnen ontstaan. Uit de inventarisatie blijkt niet altijd dat er risico’s zijn, terwijl een incidentregistratie direct laat zien dat er wel degelijk incidenten zijn geweest. En er dus een risico is. Een ongevallenanalyse is een soortgelijke bron.
Arbocatalogi hebben vaak al heel veel informatie omgezet die je goed kunt gebruiken voor het opstellen van een opleidingsplan. De gevaren en risico’s zijn hierin al goed uitgewerkt.
Wat gaan we beoordelen:
De volgende stap is het invullen van het risicomodel. We hebben de taken vastgelegd, de gevaren die daarbij komen kijken en nu gaan we vaststellen wat de bijbehorende risico’s zijn.
Risico =
Als voorbeeld is onderstaand model ingevuld. Het is maar een heel klein onderdeel van de risico beoordeling, maar het geeft je wel een beeld wat een risicomodel inhoudt. Rood is natuurlijk een groot risico.
Let wel: dit is maar een willekeurig voorbeeld. Het is altijd maatwerk. In samenwerking met de opdrachtgever gaan we kijken wat de werkzaamheden precies zijn, hoe lang mensen worden blootgesteld of hoe lang mensen aan risicovolle taken werken en wat het risico is.
Het plan van aanpak maak je altijd volgens de stappen zoals eerder besproken (bronmaatregel, etc.). Je kunt vervolgens gaan kijken of de bronmaatregel wordt gehanteerd of dat je het op een andere manier gaat oplossen. In het plan van aanpak staat altijd wat de taak is, wat het risico is, wat de maatregel is, wie verantwoordelijk is en wat de streefdatum is.
Het hoeft niet altijd een dik rapport te zijn. Het is voldoende om aan te geven wie, wat en wanneer.
Heb je al deze onderdelen goed in beeld gebracht, dan kun je de RI&E gebruiken als input voor je opleidingsplan. Vanuit de RI&E heb je nu inzicht in:
De uitkomsten van de RI&E vormen de basis om een passende opleidingsbehoefte te kunnen vaststellen wat vervolgens de input is voor een opleidingsmanagementsysteem. Je kunt hieruit halen welke opleidingsbehoefte voortvloeit uit de Functie RI&E, maar ook: welke wensen heeft een medewerker op individueel niveau.
Een medewerker kan bijvoorbeeld heel goed zijn in het verzamelen van gevaarlijke stoffen op een milieustraat. Maar kan dan wel weer moeite hebben met het aanspreken van of communiceren met burgers die langskomen. Een aanvullende individuele aanpak kan dan zijn om een communicatiecursus te volgen.
De laatste stap is het bepalen van de opleidingseisen. Zijn er verplichte nascholingspunten, zijn er verplichte (her) certificeringen? Opleidingseisen kunnen als volgt zijn:
Een opleidingsmanagementsysteem is het eenvoudig beheersen en bewaken van de opleidingsbehoefte en het centraal regelen van het planningsproces van alle opleidingen. Met een opleidingsmanagementsysteem kun je:
AAB Training en Opleiding heeft hier de oplossing voor met het opleidingsmanagementsysteem ‘Wijzer’. Het bewaken, beheren, goedkeuren, herhalen, verplichtingen, etc. Alles zit in dit opleidingsmanagementsysteem.
Het doel is een goede functie RI&E op te zetten, zodat we vervolgens kunnen gaan beoordelen en prioriteren. De maatregelen die we gaan treffen zijn conform de Arbeidshygiënische strategie. Vervolgens komt daar een Plan van Aanpak uit. Vanuit het Plan van Aanpak kunnen we de opleidingsbehoefte en opleidingseisen bepalen. Het opleidingsmanagementsysteem wordt geïmplementeerd.
We hopen dat dit artikel je een heleboel nieuwe inzichten heeft gegeven of je inzichten heeft bevestigd. Wil je meer weten over een opleidingsplan dat is gebaseerd op een Functie RI&E? AAB Training en Opleiding helpt je graag met dit traject. Peter van Gelder komt bij jou in de organisatie de stappen uitvoeren zoals hierboven aangegeven. Met als resultaat: een duurzaam, efficiënt en werkbaar opleidingsplan. Het is altijd een traject dat afgestemd wordt met de opdrachtgever. Een plan waar jullie als organisatie de komende jaren op kunnen bouwen.
Neem contact op met een van onze adviseurs of lees eerst meer over het opleidingsmanagementysteem Wijzer.
In november 2020 heeft Peter een webinar gegeven over het onderwerp Van RI&E naar Opleidingsplan. Het webinar kun je hier terugkijken.
26 november 2019 | Sinds 2017 verzorgt AAB jaarlijks de training Omgevingsgericht Handelen bij MidZuid, een sociaal werkbedrijf. Dit jaar hebben 4 groepen deze praktische training mogen volgen. Wat gebeurd er nou tijdens zo’n training? Om jou hier meer over te kunnen vertellen mocht ik de laatste dag van deze training bijwonen en ervaren wat de deelnemers op de andere dagen hebben geleerd en hoe ze dat hebben gedaan.
In vier dagdelen, verspreid over een half jaar, gaan de medewerkers uit de buitendienst/ groenvoorziening van MidZuid aan de slag met omgevingsgericht handelen.
“Er komt steeds vaker commentaar op ons werk vanuit de omgeving. Dat stimuleert niet en het is geen uitzondering”
Met herkenbare voorbeelden, gespeeld door een professioneel acteur, is er continue aandacht van de deelnemers. De vrolijkheid en het enthousiasme van de trainer en acteur werkt aanstekelijk! Er is veel ruimte voor voorbeelden uit het team. Wat maak jij mee tijdens je dagelijks werk? De oprechtheid, eerlijkheid en emoties die loskomen bij de deelnemers tonen aan dat de training echt iets met ze doet.
“We worden zo vaak uitgescholden, waarom zou je dan niet het woord ‘moeten’ gebruiken? Dan is het tenminste gelijk klaar in een gesprek”
Van te voren hebben de deelnemers een (aangepaste) DISC analyse gemaakt, een vorm van persoonlijkheidstest. Door middel van het stellen van verschillende vragen afgestemd op het niveau van de deelnemers, krijgen ze meer inzicht in eigen gedrag. Je kunt een ‘bedenker’ zijn, een ‘beslisser’, een ‘uitvoerder’ en een ‘beïnvloeder’, hieraan zitten kleuren gekoppeld. Iedereen heeft wel wat van iedere kleur, maar toch zal er een bepaalde voorkeurskleur uit komen.
Uit deze analyse blijkt voor elke deelnemer op welke manier ze van nature reageren in bepaalde situaties. Met deze kennis weten ze ook precies waarom andere mensen, collega’s, burgers, op verschillende manieren reageren. Iedereen is namelijk anders. Door teamleden en voormannen in één groep de training te laten volgen is er onderling meer begrip voor elkaar.
Afbeelding: Welke ‘kleur’ speelt de acteur?
Met een professioneel acteur komen de medewerkers erachter hoe verschillende ‘kleuren’ communiceren en wat dat met ze doet. Op deze manier leert men gedrag te herkennen. Hoe ga je hiermee om?
“Er is veel onduidelijkheid bij bewoners wat precies onze taken zijn”
Aan het eind van de training mogen de deelnemers hun buurman een compliment geven. Want 7 complimenten zijn er nodig tegen 1 kritisch feedback punt. Hoeveel complimenten geef jij op een dag? Best lastig om een mooi compliment aan iemand te geven, toch?
“Burgers vragen steeds vaker en steeds meer of we ze niet even kunnen helpen in de tuin, als we dan toch bezig zijn..”
Afbeelding: Hoe stel je goede vragen?
Sommige onderwerpen blijken nog wat lastig te zijn om uit te voeren, zoals feedback geven of open vragen stellen. Toch merk je dat de deelnemers er in het dagelijks werk wel mee aan de slag gaan en het ze direct resultaat oplevert. Vandaag was een samenvatting van het hele traject. Wat de deelnemers het meest is bijgebleven:
“Maar er zijn ook wel leuke mensen hoor, we krijgen koekjes, koffie en sommigen komen een praatje maken”
Rayonmanager Ton van Han bij MidZuid is er vanaf het begin bij betrokken. Met het oog op de veranderende samenwerking met burgers wordt het steeds belangrijker bij gemeenten dat we hier goed mee omgaan. Zeker nu, met de participatie met bewoners, merk je dat zij ook steeds meer willen zeggen en inbrengen.
Voor deze groep was het makkelijk om voor de training omgevingsgericht handelen te kiezen omdat de training eerder in Geertruidenberg is gegeven, geeft hij aan. We hebben al ervaring hoe de training gaat en loopt, wat de voor en nadelen zijn. Wat we vooral erg goed vinden is dat de trainers echt ingaan op praktijkvoorbeelden. Hier gaan ze op een juiste manier mee om en gaan praktisch in op de voorbeelden die deelnemers geven.
Er zit bij MidZuid veel verschil in niveau, sommigen snappen de stof bij de eerste keer en anderen hebben echt wat langer de tijd nodig. De teams wisselen nog al eens en op sommige dagen wordt veel samengevoegd. Dat proberen we zoveel mogelijk te stimuleren zodat iedereen elkaar wel kent. Er zitten mensen bij die erg op de voorgrond zijn en sommigen komen bijna niet aan bod. De trainers weten hier goed mee om te gaan. Op een begrijpelijke, eenvoudige, manier leggen ze alles uit. Er worden goede voorbeelden gegeven en handige tools gedeeld.
Er zijn ook medewerkers die nog nooit in een klas hebben gezeten en dat kan wel spannend zijn, maar ik hoor alleen maar positieve geluiden.
Afbeelding: Hoe krijg je de acteur zo ver dat ze je helpt met ….?
Tussen de eerste dagen en de laatste terugkomdag zit een langere tijd. Hierdoor hebben de deelnemers de tijd om het geleerde toe te passen. Je merkt onderling dat medewerkers elkaar op bepaalde punten aanspreken die ze hebben opgepakt tijdens de training. Vooral naar de burgers toe en waar we voor staan is er zeker wat verbeterd!
Het zijn allemaal werknemers die het leuk vinden om buiten aan de slag te gaan. Hard werken en gezelligheid met de collega’s vinden ze belangrijk.
Zullen we met z’n allen een beetje meer begrip opbrengen voor de mensen die de straten, plantsoenen en parken zo mooi netjes en schoon houden? Geef ze eens wat vaker een compliment, dan wordt het werk voor hen nog leuker en je wordt er zelf ook blij van! 😊
Auteur: Geeske van Meerveld
2 dagen
€ 525,00 excl. BTW (All-in)
Na deelname aan de cursus ontvangt de cursist digitaal een bewijs van deelname
Wil je meerdere deelnemers aanmelden?
Vraag dan een incompany offerte aan.
Of schrijf je direct in voor een open inschrijving in de buurt.
Direct inschrijvenMeld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang elke maand een overzicht van de geplande cursussen in jouw branche.
Praktijkgerichte opleidingen op het gebied van Veiligheid, Arbo, Milieu en Kwaliteit. Een breed aanbod en ervaren trainers uit het werkveld.
Meld je aan voor onze nieuwsbrief en wij houden je op de hoogte omtrent ons trainingsaanbod en onze activiteiten.